Vijf jaar na het onverwachte kampioenschap van 1988 zijn Nijmeegse vedettes als Bijn Tijnagel, Harry van Heumen en Robert Herckenrath inmiddels teruggekeerd uit Rotterdam. Frank Janssen is terug uit Utrecht. Fred Homburg en Henri Stoer zijn de keizerstad altijd trouw gebleven. Seizoen 1992-1993 doet de gouden generatie het nog een keer, hoewel ze deze keer al wel de nodige hulp krijgen van een tweetal Nederlandse talenten dat elders is opgeleid: Theo Kruger uit Assen en Tommie Speel uit Heerenveen. Flame Guards Nijmegen verslaat in de vijfde wedstrijd van de best-of-five-halve finale Rotterdam met 10-2. In best-of-seven-finale wacht Geleen, eerder dat seizoen de bekerwinnaar. De door incidenten gekleurde finaleserie - met onder meer een gestaakte wedstrijd en een flink aantal schorsingen - wordt in zes wedstrijden gewonnen. Het Nijmegen van de jaren '90 is niet alleen talentvol, maar ook zeker een ploeg die het stevige werk niet schuwt. Ook het volgende seizoen zijn er de nodige incidenten. De derde halve finale-wedstrijd van de play-offs tegen Tilburg wordt na 12 minuten gestaakt en Nijmegen wordt uit de competitie genomen. Eerder ging het ook al mis in de Europa Cup. In de wedstrijd tegen de Deense gastheer Esbjerg IK verzamelt het team maar liefst 248 strafminuten. Het incident krijgt veel media-aandacht en in de nasleep legt de internationale ijshockeyfederatie Nijmegen een (internationale) schorsing van een jaar op. In januari van het seizoen 1995-1996 wint Fulda Tigers - dat is inmiddels de naam - de bekerfinale. Tegen Tilburg wordt het 3-2. Een paar maanden later staan de Tigers in de finale van de play-offs. Weer is Tilburg de tegenstander en het is de eerste editie van vijf van dergelijke finales in zes seizoenen. De eerste keer trekken de Gelderlanders nog aan het kortste eind, maar in de seizoenen 1996-1997, 1997-1998 en 1999-2000 winnen ze juist tegen aartsrivaal Tilburg de felbegeerde kampioenstitel. Ook in het tussenliggende seizoen 1998-1999 is het kampioenschap voor Nijmegen. Dit keer na een finaleserie tegen Amsterdam. Met de vier titels op rij schaart Nijmegen zich in het goede gezelschap van dynastiestichters. Seizoen 1996-1997 spelen Nijmegen en Tilburg wederom de bekerfinale, maar die verliezen de Tigers met 3-2, een uitslag waar patent op lijkt te rusten. In het seizoen 1998-1999 wordt de bekerfinale tegen Tilburg wel gewonnen. Na de verlenging is het 3-2! Seizoen 2000-2001 eindigt de (vooralsnog) laatste editie van een finaleserie Nijmegen versus Tilburg in het voordeel van de Brabanders. In de loop van de jaren '90 wordt de invloed van niet in Nijmegen opgeleide spelers groter. Het eerder genoemde duo Kruger en Speel, vaak in een lijn met Janssen, en de Geleense doelman Honoré Loos zijn sleutelspelers. Maar ook de Nijmeegse inbreng blijft onontbeerlijk. Zo maken in het seizoen 1997-1998 Homburg, Tijnagel en Herckenrath een comeback en levert dat trio vervolgens ook een belangrijke bijdrage aan het behalen van het kampioenschap.