Ron Berteling. Record-international met 213 interlands. Als enige Nederlander opgenomen in de IIHF Hockey Hall of Fame (in 2020).
Landskampioenschappen en na zijn carrière als speler een succesvol coach en talentontwikkelaar. Niet voor niets wordt hij aangesproken als Mister IJshockey in Nederland en sinds 2020 ook daarbuiten.
Ron (Ronald) Berteling werd op 6 september 1957 geboren in Amsterdam. Toen hij zeven jaar oud was sloot hij zich aan bij de ijshockeyclub Amsterdam. Daar maakte hij kennis met Jos Bles, die een jaar of zes ouder is en die hem zou voorgaan als international. Nadat Jos na avonturen in Duitsland en 's-Hertogenbosch terugkeerde bij Orwo Amsterdam stonden zij beiden vanaf seizoen 1974/1975 in het eerste team.
Jos Bles vertelt: "Toen Ron doorstootte naar de Amsterdams hoofdmacht was hij erg nerveus. Daarom nam ik hem onder mijn hoede en speelde hij center in de lijn met mij als rechter wing en William Klooster op links. In het begin nam hij een wit brood mee voor een wedstrijd. In de pauzes verorberde hij dan zes boterhammen met worst.
Ik ken Ron al vanaf zijn zevende jaar en nu zijn we nog steeds vrienden, dus al zestig jaar. In het seizoen zien we elkaar viermaal per week: Tweemaal in de gym en tweemaal op de padelbaan.
Voorts staat nog een gezamenlijk tripje gepland naar de Hockey Hall of Fame in Toronto, Canada.
Het mooie aan Ron is dat hij altijd voor iedereen klaarstaat. Hij is een persoon 'too good to be true' in de positieve zin van het begrip."
Elf seizoenen lang speelde hij voor Amsterdam. Daarop volgden negen seizoenen Panda's Rotterdam. En zoals een groot speler betaamt mocht hij bij beide clubs kampioenschappen vieren. En met Ron lukte het de Panda's om door te stoten tot de elite van Europa. In de Europa Cup nam zijn ploeg het zelfs op tegen CSKA Moskou. Na 1994-1995 was de Rotterdamse periode voorbij. Sporadisch kwam hij daarna in seizoen 1997-1998 op het tweede niveau in Amsterdam in actie om vervolgens in 1998-1999 een comeback op het hoogste niveau te maken bij Amsterdam. Zelf was hij toen enigszins verbaasd over het feit dat het hem geen enkele moeite kostte om mee te komen.
Als coach van de Amstel Tijgers zag ik mij genoodzaakt om op 55-jarige leeftijd een laatste officiële wedstrijd te spelen op het hoogste niveau. In die wedstrijd speelde ik in dezelfde lijn met mijn zoon Julian. Dat is absoluut één van de hoogtepunten uit mijn carrière.
— Ron Berteling
Maar liefst veertien seizoenen lang was hij de hoofdcoach van het eerste team van Amsterdam. Maar ook was en is hij belangrijk voor de jeugd van Amsterdam. Maar niet alleen Amsterdam profiteerde van de ijshockeykwaliteiten van Ron. Hij verrichtte ontwikkelingswerk bij de Leiden Lions en de Alcmaria Flames. Maar ook wisten ijshockeyscholen zijn grote ijshockey-didactische kwaliteiten te waarderen en betekende zijn aanwezigheid als trainer altijd een grote toeloop van jeugd. Zoals de “hockey academie” van Leo van den Thillart.
Ron Berteling debuteerde in Oranje, tijdens de Pondus-Cup, op 27 december 1976 in Kopenhagen, Denemarken tegen Noorwegen. Hij gaf mede gestalte aan de hoogtepunten van het Nederlands Team. Zoals promotie naar de A-Poule in 1979, deelname aan de Olympische Winterspelen 1980 in Lake Placid, Verenigde Staten, en de A-WK 1981 in Stockholm Zweden. Dat waren ook voor hemzelf de hoogtepunten van zijn carrière.
Nadat hij al was gestopt, maakte Ron op 41-jarige leeftijd een comeback bij Amsterdam. En ook meteen in Oranje! Zijn laatste cap was op 11 april 1999 tijdens het WK C-Poule in Tilburg tegen Roemenië. Op dat WK dwong Nederland promotie af naar de B-Poule. Nederland won met 9-1, waarbij Ron in de eerste periode tweemaal doel trof. De eerste van de twee joeg Berteling al na 27 seconden tegen de touwen. Een waardig afscheid.
In 213 interlands scoorde hij 92 maal, gaf 103 assists, voor 195 punten en zat slechts 98 minuten op de strafbank. Een 'gentleman' speler.
Ik was een ijshockeyfan, ik ben een ijshockeyfan en ik zal altijd een ijshockeyfan blijven ter ondersteuning van het Nederlandse ijshockey. We hebben wel degelijk een ijshockeygeschiedenis en daar ben ik trots op.
— Ron Berteling
De meest prestigieuze prijs die Ron ontving was de Richard 'Bibi' Torriani Award 2020. De IIHF onderscheiding voor een uitzonderlijke ijshockeyer uit een 'kleiner' ijshockeyland kon door de COVID-pandemie echter niet in dat jaar worden uitgereikt. Dat geschiedde 2 jaar later in Tampere, Finland. De Franse IIHF President Luc Tardif reikte hem de onderscheiding uit op 29 mei 2022.
Daarnaast is hij onderscheiden als Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.
Verder is hij de naamgever van de Ron Bertelingschaal; de Supercup van het Nederlandse ijshockey (de landskampioen neemt het in een wedstrijd op tegen de bekerkampioen). Zelf was hij de eerste winnaar (seizoen 1987-1988) van de Frans Henrichs Bokaal voor de beste Nederlandse ijshockeyspeler en is hij erelid van de Nederlandse IJshockey Bond; de voorloper van het huidige IJshockey Nederland.
Op 21 september 2024 vond de ceremonie plaats waarbij Ron Berteling lid werd van de Hockey Hall of Fame.